Genesis 44:18

SVToen naderde Juda tot hem, en zeide: Och, mijn heer! laat toch uw knecht een woord spreken voor mijns heren oren, en laat uw toorn tegen uw knecht niet ontsteken; want gij zijt even gelijk Farao!
WLCוַיִּגַּ֨שׁ אֵלָ֜יו יְהוּדָ֗ה וַיֹּאמֶר֮ בִּ֣י אֲדֹנִי֒ יְדַבֶּר־נָ֨א עַבְדְּךָ֤ דָבָר֙ בְּאָזְנֵ֣י אֲדֹנִ֔י וְאַל־יִ֥חַר אַפְּךָ֖ בְּעַבְדֶּ֑ךָ כִּ֥י כָמֹ֖וךָ כְּפַרְעֹֽה׃
Trans.wayyigaš ’ēlāyw yəhûḏâ wayyō’mer bî ’ăḏōnî yəḏaber-nā’ ‘aḇədəḵā ḏāḇār bə’āzənê ’ăḏōnî wə’al-yiḥar ’apəḵā bə‘aḇədeḵā kî ḵāmwōḵā kəfarə‘ōh:

Algemeen

Zie ook: Farao

Aantekeningen

Toen naderde Juda tot hem, en zeide: Och, mijn heer! laat toch uw knecht een woord spreken voor mijns heren oren, en laat uw toorn tegen uw knecht niet ontsteken; want gij zijt even gelijk Farao!


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יִּגַּ֨שׁ

Toen naderde

אֵלָ֜יו

tot

יְהוּדָ֗ה

Juda

וַ

-

יֹּאמֶר֮

hem, en zeide

בִּ֣י

Och

אֲדֹנִי֒

mijn heer

יְדַבֶּר־

spreken

נָ֨א

laat toch

עַבְדְּךָ֤

uw knecht

דָבָר֙

een woord

בְּ

-

אָזְנֵ֣י

oren

אֲדֹנִ֔י

voor mijns heren

וְ

-

אַל־

niet

יִ֥חַר

ontsteken

אַפְּךָ֖

en laat uw toorn

בְּ

-

עַבְדֶּ֑ךָ

tegen uw knecht

כִּ֥י

want

כָמ֖וֹךָ

gij zijt even gelijk

כְּ

-

פַרְעֹֽה

Faraö


Toen naderde Juda tot hem, en zeide: Och, mijn heer! laat toch uw knecht een woord spreken voor mijns heren oren, en laat uw toorn tegen uw knecht niet ontsteken; want gij zijt even gelijk Farao!


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!